Historiek
Het ontstaan van het racen is niet meer dan een normale evolutie in de richting van het steeds weer proberen de snelheidsgrens te verleggen. Het gaat er uiteraard niet om steeds weer het absoluut snelheidsrecord te verbeteren, maar wel om in een bepaalde tijdspanne zo vlug mogelijk te gaan, ten opzichte van je tegenstanders.
Vergelijk dit trouwens met elke andere sport; door de evolutie komt er overal wel een deel behendigheid (zoals bij ons het klassiek skiën uitgegroeid is) en een deel zuivere snelheid of duursnelheid aan bod.
Het waterskiën heeft, sinds haar ontstaan, op het vlak van het racen geregeld een facelift gehad. In de eerste snelheidswedstrijden werd er geskied op een conventionele monoski en met een gewoon skitouw. Het eerste WK werd georganiseerd in Engeland (winnaar Wayne Richie). Door de technische evolutie van de boten en motoren moest er gezocht worden naar aangepast materiaal. Eerst kwam daar de zwaardere monoski, met als bekendste merk de Custom raceski, met steeds beter wordende bindingen. Later, in de jaren ‘80, kwamen er ook de dubbele touwtjes die eerst vóór en later achter de rug gehouden werden om meer steun te geven. Het is tijdens deze periode dat Danny Bertels de sport bekend maakte bij het Belgische publiek.
De evolutie van de raceboten
De eerste boten waren gewone plezierboten met een zwaardere motor (jaren ‘70). Daarna werden er flaps op aangebracht (dit wordt verder besproken in de Trainer B). In een later stadium werden deze nog eens verzwaard met ballast tanks (half jaren ‘80). Dit geeft vooral voordeel bij bruut water. De boot gaat beter door de golven, waardoor hij een constante trekkracht kan geven aan de skiër.