Wakeboard

Een wakeboard is symmetrisch en kan men terugvinden in verschillende maten en vormen.

Bij de keuze van het board moet men rekening houden met het gewicht en de lengte van de rider.

Voorbeeld 1:

Voorbeeld 2:

De vorm van het board gaat bepalen of het board agressief of stabiel is, of het vast is of los, of het zachte landingen kan maken, enz. De keuze hiervan is afhankelijk van de stijl van de rider.


De vinnen

Samenhangend met de vorm van het board zijn de vinnen. In de handel zijn verschillende maten en vormen te verkrijgen. Zo zijn er onder andere de standaard vinnen, mulded fins (zijn meegevormd in het board, niet afneembaar), cuped fins (deze vinnen hebben een bolle vorm), enz.

Kleine vinnen zorgen voor een gemakkelijke rotatie en een betere correctie bij de landing.

Grote vinnen zorgen voor meer grip in het water en zorgen ervoor dat het board tijdens het aansnijden vaster in het water zit.


De bindingen

Afhankelijk van de keuze van de rider heeft men verschillende soorten bindingen:

Het belangrijkste bij de aankoop van een binding is dat deze vast genoeg zit zodat deze niet zomaar uitvalt. Hoe hoger het niveau van de rider, hoe vaster de binding moet zitten. Dit omdat de rider dan één moet zijn met zijn board.

Omdat de bindingen zo vast zitten, doen de riders over het algemeen hun board al aan op de steiger of op het platvorm achteraan de boot. Bovendien moet je het board natmaken om in de binding te geraken. Een beginnende rider zit beter iets te los dan te vast in de binding.


De plaatsing van de bindingen

In het wakeboarden is een goeie stand op het board van essentieel belang en aangezien dit een sport is waarbij je een onnatuurlijke houding aanneemt worden de bindingen bij een beginneling zodanig gezet dat ze de natuurlijke houding zoveel mogelijk benaderen.

Om de allereerste keer te starten met een wakeboard is het best de bindingen in duckstand te zetten (voorste voet op 15°, achterste voet op -12°). Dit is de meest natuurlijke houding. Spring maar eens omhoog en land zodanig dat je met je hand de grond kan raken tussen je voeten. Je zult zien dat dit gemakkelijker is als je knieën een beetje naar buiten gedraaid zijn.

Verder staat men veel stabieler wanneer de voeten breder op het board staan. Bovendien is het board dan ook veel handelbaarder om rotaties uit te voeren. Dit is een gevolg van het ‘swing weight’.

Wanneer je met de voeten kort bij elkaar op het board zou staan heb je meer boardgewicht buiten je steunpunten dan wanneer je voeten verder uit elkaar staan. Hoe meer gewicht zich buiten de steunpunten bevindt, hoe moeilijker je zal roteren.